Blog Arjan Berkhuysen, oktober 2023
Natuur als bron van veerkracht. Wat een goede titel! Ik las het onlangs in een post van Agnes van den Berg, onderzoekster en voorloper bij het onderwerp van ‘natuur en gezondheid’. Zij heeft meegeschreven aan een nieuw wetenschappelijk artikel dat beschrijft hoe natuur als bron voor veerkracht niet alleen kan worden gebruikt voor gebiedsinrichting, maar ook voor individuen. Het beschrijft hoe contact met natuur mensen kan helpen bij tegenslag, zoals mensen met rouw. Voor mij een geweldig artikel, want mijn werk aan NL2120, Nature For Health, Earthfulness en het rouwpad op Terschelling Walk of Grief kwamen zo mooi bij elkaar!
De schrijvers van het artikel zien veerkracht als een voorraad van bronnen die je in kan zetten als het tegenzit. Dat kan op collectief niveau, bijvoorbeeld door natuurgebieden in te richten om water op te vangen bij overstromingen of hittestress tegen te gaan met meer bomen in de stad (Nature based Solutions). Maar het kan ook op individueel niveau. Zij spreken daarbij van biologische, psychologische en sociale veerkracht.
Deze ‘biopsychosocial’ natuurlijke veerkracht kan volgens het artikel worden gebruikt bij drie fases van tegenslag; preventief, reagerend en herstellend. Veerkracht tegen stress speelt hierbij de hoofdrol. Het is inmiddels wel bekend dat langdurige stress nogal ongezond is en er toe kan leiden dat je ziek wordt. Stress kan je krijgen door de omgeving (bv aardbeving), door iets sociaal economisch (bv het verlies van een baan), of door iets persoonlijk zoals pijnlijke ervaringen of relatieproblemen. Je voorraad aan veerkrachtbronnen bepaalt dan hoe je met die stress om kan gaan.
In dit artikel gaan de schrijvers uit van biologische veerkrachtbronnen, zoals fysieke gezondheid, van psychologische bronnen, zoals een open houding voor verandering, en sociale veerkrachtbronnen, zoals algemeen vertrouwen. De combinatie van die bronnen bepaalt je veerkracht bij tegenslag. En dan komt de basis van de theorie van dit artikel. De schrijvers gaan er van uit dat deze ‘biopsychosociale veerkrachtbronnen’ versterkt kunnen worden met natuur. Persoonlijk kan ik mij dat helemaal voorstellen. In hun theorie, die ze de ‘Nature-based biopsychosocial resilience theory (NBRT)’ noemen, brengen ze dus gebiedsbrede veerkacht met Nature based Solutions dus mooi in verband met individuele veerkracht (zie onderstaand schema).
De auteurs onderbouwen de theorie met allerlei voorbeelden, alhoewel zij meteen toegeven dat het het niet compleet is. Zij zien tenminste vijf systemen die biologische veerkracht bevorderen; in groene gebieden is meestal minder vervuiling, het immuunsysteem van het lichaam functioneert beter, in groen hebben mensen gemiddeld minder stress, mensen zijn in groen vaker actief en hebben daarom een iets betere conditie en zijn fysiek sterker. Psychologisch gaat het om emotionele en cognitieve veerkracht. Inmiddels is ruim voldoende bewezen dat natuurervaring vreugde kan brengen en negatieve emoties kan verminderen. Bij cognitieve veerkracht gaat het vooral over het kunnen sturen van je aandacht, concentratievermogen en studies die laten zien dat natuur je zelfvertrouwen kan vergroten. Vanuit sociale veerkracht gaat het vooral om studies die laten zien dat mensen in de natuur zich socialer gedragen. Waarschijnlijk komt dat doordat mensen in groepen in de natuur beter communiceren en samenwerken. Daardoor is er meer vertrouwen en respect. Nieuw voor mij was een studie uit 2022, waarin wordt gesteld dat mensen in ‘groene gebieden’ minder eenzaam lijken te zijn, met name als zij alleen wonen. Klinkt paradoxaal, maar daar zou je die studie zelf voor moeten lezen denk ik.
Met al deze positieve geluiden rond de potentie van natuurlijke veerkracht rijst uiteraard de vraag: wat je dan kan doen? De auteurs beschrijven drie niveaus van interventies. Bij de eerste gaat het om interventies voor hele gemeenschappen, zoals het aanleggen van parken. Voor de tweede gaat het om bepaalde bevolkingsgroepen die een duidelijke behoefte hebben, zoals mensen die het continue erg druk hebben. Daarbij gaat het om interventies zoals bosbaden en groepswandelingen in de natuur. Het derde niveau gaat het om individuen die medisch ergens last van hebben, zoals depressie. Dan gaat het om interventies met therapie of mindfulness in de natuur. De beste interventies, los van het niveau, zijn degenen waar ook contact is met andere mensen (in groepen, gemeenschappen of dichtbije relaties).
Het artikel zou geen wetenschappelijk artikel zijn als het niet zou eindigen met suggesties voor meer onderzoek. Er is met name meer verdieping nodig van de relaties tussen de verschillende vormen van natuurlijke veerkracht. En het vraagt natuurlijk om meer inzicht hoe je de natuurlijke veerkracht in de praktijk opbouwt.
Het mag duidelijk zijn dat ik enthousiast ben over dit artikel. Niet zozeer dat ik zoveel nieuws heb gelezen, maar wel dat het een verbindend raamwerk biedt voor de lawine aan nieuwe publicaties die we de laatste tijd zien over veerkracht, natuurlijke oplossingen en natuurverbondenheid. Dat is geweldig, maar je zou bijna door de bomen het bos(bad) niet meer zien. Agnes van den Berg verwoordt het mooi in haar post: “De natuur is nog steeds onderbenut als bron van veerkracht. Terwijl het zo'n grote steun en zelfs vriend kan zijn in tijden van nood.”